Dyslexiebeleid Koos Meindertsschool

Op basis van de landelijke geldende protocollen leesproblemen en dyslexie van het expertisecentrum Nederlands.
  • Bij het intakegesprek bij binnenkomst bij de kleuters wordt gevraagd of er dyslexie in de familie voorkomt.
  • Bij de groepen 1 en 2 wordt middels de observatielijsten stagnaties in de ontwikkeling van geletterdheid bij kinderen gesignaleerd. Deze kleuters worden besproken met de IB-er* en worden extra gevolgd, zodat het risico op leesproblemen vroegtijdig wordt opgespoord.
  • De leerkracht en IB signaleren lees-en of spellingsachterstanden op methodengebonden toetsen of citotoetsen.

 

De leerling gaat in de verlengde instructie en begeleide inoefening ( = zorg op niveau 2 ) voor lezen en of spelling, dit wordt genoteerd in het groepsplan. De verlengde instructie bestaat uit ongeveer 50 a 60 minuten per week waarbij extra instructie en oefentijd wordt geboden.

 

  • De leerkracht vertelt de zorg aan ouders en deelt mee dat het kind extra hulp in de klas krijgt.
  • Na een periode van ongeveer 5 maanden worden de vorderingen op de cito’s besproken tussen groepsleerkracht en IB en eventueel HCO. Zo nodig worden de BRUS-leestoets en het PI-dictee afgenomen door IBer of RTer**. De uitslagen en de eventuele vervolgstappen worden besproken door IB en HCO en doorgegeven aan de leerkracht en ouders. Hier wordt voor het eerst gesproken over signalen van dyslexie.
  • Als er te weinig vorderingen zichtbaar zijn wordt RT ingeschakeld voor lezen en spellen. (tenzij 1 van de 2 niet nodig is, dan geldt daarvoor wel verlengde instructie en ondersteuning in de groep). Er wordt een handelingsplan gemaakt door RT dat voldoet aan de richtlijnen van ONL. In de groep blijft de leerling in de verlengde instructie. (zorg op niveau 3).
  • Na 5 maanden wordt opnieuw gekeken naar de vorderingen op de cito’s. Zo nodig wordt een BRUS en PI-dictee afgenomen. De resultaten worden besproken door IB en HCO. Daarna wordt een beslissing genomen t.a.v. een vervolgtraject (bv een dyslexieonderzoek, nog een periode RT of afsluiten).
  • De IB-er brengt de ouders van de uitslag op de hoogte en neemt zo nodig het traject door met de ouders. En geeft hen indien nodig de formulieren. Ook de groepsleerkracht ontvangt formulieren om in te vullen.
  • Er volgt onderzoek of het traject wordt afgesloten. Het onderzoek kan afhankelijk van de uitslagen via het vergoede traject (vergoed door de gemeente, zie traject ONL op de website van het HCO) worden aangevraagd of regulier (HCO).
  • De leerling blijft in de RT tot er bekend is of hij/zij voor vergoede hulp in aanmerking komt. Als het kind voor vergoede hulp in aanmerking komt, dan gaat hij/zij uit de RT van school. Als het kind niet voor vergoede hulp in aanmerking komt, dan blijft hij/zij in de RT.
  • Leerlingen die in aanmerking komen voor vergoede behandelingen door ONL worden een aantal weken tot maanden intensief begeleid door de ONL behandelaar Deze heeft gedurende de behandeling overleg met ouders, groepsleerkracht en intern begeleider over de voortgang aan de hand van handelingsplannen en evaluatiegesprekken.
  • Leerlingen met een dyslexieverklaring hebben recht op compenserende maatregelen, per leerling wordt bekeken welke maatregelen ondersteuning bieden.